Stichting 21 maart Gouda organiseerde vrijdag 16 november 2018 de 6e Goudse Rede voor Verdraagzaamheid.
De rede werd uitgesproken door Samira Bouchibti, beleidsadviseur sociale en maatschappelijke vraagstukken met als titel: "Waarom zijn wij Nederlander?"
Op deze avond kwam ook Hartini, die na te zijn geadopteerd nu wees is, aan het woord. Ze heeft besloten terug te gaan naar haar vaderland, waar ze bijna nooit woonde...
Voormalig stadsdichter Ruud Broekhuizen maakte daar een aangrijpend gedicht over.
Samira Bouchibti |
Ontmoeten
Praten over de Nederlandse identiteit is niet gemakkelijk. Koningin Máxima heeft destijds veel mensen boos gemaakt met haar statement dat 'de Nederlander ' niet bestaat. Zij bedoelde waarschijnlijk te zeggen dat de Nederlanders onderling behoorlijk kunnen verschillen, of het nu gaat om eten en drinken, cultuur of gebruiken. Samira Bouchibti schonk aandacht aan de thema's Vrijheid, Identiteit en Polarisatie (VIP).
Mensen moeten elkaar ontmoeten en met elkaar in gesprek gaan om elkaar te kunnen begrijpen!
Twee keer wees
Daarna kwam Hartini aan het woord. Als baby werd Hartini afgestaan door haar Indonesische ouders. Ze trof het: toen ze 4 maanden oud was werd ze geadopteerd door 2 liefdevolle ouders uit Gouda. Ze had een warme jeugd, maar toen in haar tienerjaren haar vader overleed en nu bijna vijf jaar geleden ook haar moeder, was ze in haar jonge leven inmiddels twee keer wees geworden. Daarom hoopt ze nu met Hart4Sulawesi iets te kunnen betekenen voor andere Indonesische kinderen.
Ze zocht naar haar roots, soms intensief, soms oppervlakkiger. Ze woonde enige tijd in Indonesië maar kwam toch weer terug, "Goudse kaaskop" die ze zich ook voelde.
Waar word je identiteit door bepaald, waar hoor je thuis?
Toen Hartini, ze is violiste, deze zomer weer in Indonesië was voelde ze het opnieuw. En nu met zekerheid. Ze hoort daar. En ze zal remigreren, zoals ze het zelf noemt. Terug naar haar vaderland. Waar ze bijna nooit woonde. Waar ze toch thuis is.
"Spiegel" (gedicht van Ruud Broekhuizen)
Ik wil alleen je stem maar horen
Die schreeuwde toen ik werd geboren
En verloren ondersneeuwde in een toekomst
Zonder jou;
Is er overeenkomst als ik snauw, huil, lach, zing
De dag verdring met muziek
Of was het stil toen ik ging
In doeken, een mand een bed
Langs de kant gezet, met zachte hand
Opgepakt en weggebracht
Naar een land waar ik de geluiden niet ben
Je stem niet meer herken
Ik wil alleen je hand maar voelen
die misschien even door mijn haren ging
voor jaren van herinnering
en mij losliet
Zijn ze stram, klam, klein, fijn als bij mij
Een kind zich schatert, mijn vingers
de lach van haar wangen vangt
om de dag te dragen die verlangt
naar vragen waar het loslaten begint
en het vasthouden stopt
verschopt door lege handen
die te kort zijn om te omarmen
Ik wil alleen je talent maar weten
Die je bij je draagt en ongevraagd
In huis tot een lied omzet
Of een gebed
Kun jij jezelf verliezen in muziek
Waarin elke noot een uniek
Deel van je ziel blootlegt
Dat zich subtiel aan de dood hecht
Meer nog dan aan het leven
Zweven er soms coupletten langs
Je geweten zoals ik met mijn snaren
Alles kan vergeten
Ik wil alleen je ogen eens zien
Misschien dat een opslag de lach
Van herkenning vindt, een kindsblik
Op een verjaardag
Is het dezelfde onrust die de lust
Tot leven kust, de wens dat
ieder mens liefde is en ik mijn geliefde mis
die ik nooit heb gezien
maar voelt als de spiegeling van mijn aarde
de oude nieuweling die ervaarde
dat je alleen naar thuis kunt gaan
waar je wieg heeft gestaan
Ik wil alleen maar voor de spiegel staan
En dat ik dan net zo lang kijk
Om te zien
Of ik op je lijk
1 opmerking:
Prachtig gedicht voor een prachtige vrouw
Een reactie posten