dinsdag 28 juli 2009

Genoeg gespuugd?

Bron: AD

Tsjonge, mijn weblog en het verhaal in het AD hebben wel heel wat losgemaakt deze week. Diverse (digitale) kranten, weblogs en Radio 3 hebben er aandacht aan besteed. Van verschillende kanten, zowel van politici als burgers, kreeg ik bijval, maar er waren ook heel wat kritische geluiden.
Het lijkt ook heel betuttelend misschien, maar zo is het zeker niet bedoeld. Het gaat erom dat we op een fatsoenlijke manier met elkaar omgaan en daar past een bepaald gedrag bij en zeker niet het door mij beschreven spuuggedrag.

Sommigen menen mij te moeten aansporen met meer zinnige zaken bezig te zijn. Wees gerust, ik houd me met heel wat (zinnige) zaken bezig in de Goudse politiek, maar dit (m.i. ook zinnige) punt stoort me gewoon en dat is de reden dat ik erover heb geschreven.

Maar goed, de komende tijd zullen we ons moeten bezinnen in hoeverre we op een gepaste wijze dit specifieke onderwerp en meer in het algemeen: het op een normale manier met elkaar omgaan, zichtbaar handen en voeten kunnen geven. Wellicht bieden de Goudse Stadsregels de nodige houvast. Laten we die - zoals o.a. al eens door GBG bepleit - maar weer eens uit het stof halen.

Een kleine impressie van de reacties uit de pers:



maandag 20 juli 2009

Spugen spuugzat

Chinezen spugen wat af op straat. Ze vinden het de normaalste zaak van de wereld. In de hoofdstad Peking waren ze hier niet zo blij mee. Het spugen moest dan ook drastisch worden verminderd. Straten in Peking lagen vol met speeksel. Chinezen spuugden zelfs op de vloeren van winkels en restaurants. De politie en camera's werden vervolgens enkele jaren geleden ingezet om ervoor zorgen dat de Chinezen het spugen afleerden. Op straat kregen mensen 'spuugzakjes' uitgedeeld, waarin ze hun speeksel kwijt konden. Of het veel geholpen heeft weet ik niet, maar het was in ieder geval een begin.


In Gouda is het spugen ook een serieus probleem. In toenemende mate zie je - met name jongeren - overal maar op straat spugen en nog erger - zonder aanleiding - mensen bespugen.

Twee voorbeelden:
- Het laatste busincident liep bijvoorbeeld mede uit de hand omdat de persoon die de buschauffeur treiterde naar hem spuugde.
- Onlangs reed een ouder iemand op het omlooppad met haar fiets en werd zonder aanleiding ondergespuugd.

Het is zo ongelooflijk asociaal om zomaar op straat te spugen, terwijl je bijvoorbeeld bij het stoplicht met meerdere mensen staat te wachten.
Het is gewoon een soort houding geworden, die nergens op slaat. Je ziet ze regelmatig al aankomen: jongens met capuchon of pet op, ongeïnteresseerde tred en links en rechts spugend. Walgelijk!
Als echt iets dwars zit wat je wilt uitspugen, doe dat dan onopvallend en zeker niet zomaar op straat.
Iemand bespugen zou direct een forse boete moeten opleveren, want dat is het meest vernederende naar iemand anders, wat niet kan worden getolereerd, nog afgezien van de risico's voor de volksgezondheid.
Spuugzaktjes uitdelen zie ik niet als een adequaat middel, maar laten we - om te beginnen in het centrum van de stad - maar verbodsborden plaatsen en daarmee een stuk bewustwording op gang brengen, zodat we enerzijds geen Chinese taferelen krijgen, maar anderzijds ook handhavend kunnen optreden.

Geschiedenis rond spugen

Spugen in de middeleeuwen en de 16e eeuw
Er zijn boekjes gevonden over de etiquette van het spugen in de Middeleeuwen. Het spugen wordt als gewoon beschouwen, als je dit maar niet over de tafel heen deed. Later is het beter als je niet aan tafel spuugt, en als je dit al deed, dan moest je je voet erop zetten. In 1558 schreef ene Della Cassa dat het spugen in sommige volkeren totaal overbodig is. Voor verschillende rijke mensen werden uitzonderingen gemaakt, als zij hun voet maar op hun spuug zetten. Ook wordt er geschreven dat je niet te ver weg moet spugen: anders moet je je spuug weer zoeken.

Hoe en waar spugen na de 16e eeuw?
Tot aan de 19e eeuw veranderde de etiquette van het spugen mondjesmaat. Er wordt nog steeds geschreven dat je moet uitspugen dat uitgespuugd moet worden, maar dat je dit wel in een zakdoek moest doen. Ook was het spugen niet overal zomaar toegestaan: “niet bij mensen van goede huizen, niet in plaatsen met parketvloeren en niet in de kerk en alle anderen plaatsen waar netheid heerst.” Voor arbeiders was het spugen de normaalste zaak van de wereld. Zij spuugden in de fabrieken, op de straten en in de ziekenhuizen. Als een inspecteur aan een directeur vraagt of hij het raar vindt dat zijn kleermakers op de grond spugen is zijn opmerking: “Natuurlijk spuwen zij op de grond, verwacht je dat ze dat in hun zakken doen?”

Tuberculose!
Aan het eind van de 19e eeuw begonnen er campagnes tegen het spugen omdat het tuberculose zou verspreiden. In 1886 verbied de Franse Raad het spugen. In 1896 volgde New York met een verbod voor spugen in het openbaar. Er worden allerlei kaarten en modellen ten toon gesteld tegen het spugen. In 1916 hadden 195 van de 213 Amerikaanse steden een anti-spuugverbod. Maar tijdens een onderzoek onder 74 steden blijkt dat slechts 13 steden meer dan 20 aanhoudingen per jaar doen. Alleen New York is zeer streng: er worden in 1 jaar 2513 aanhoudingen verricht, wat 73% van de hele Amerikaanse aanhoudingen zijn. Doormiddel van borden (Heren zullen niet, anderen mogen niet op de grond spuwen en, als je in je eigen huis op de grond spuuwt, mag je dat hier ook doen.) probeert men de mensen er van te overtuigen te stoppen met spugen.

20e eeuw en Nu
De anti-spuugcampagnes hebben wel effect, steeds minder mensen spugen. Zo schijnt aan het begin van de 20e eeuw de spuugbak uit de Nederlandse huiskamer verdwenen te zijn. In Groot-Brittanië echter bleef het spugen nog steeds gangbaar, omdat het geen wettelijke overtreding was. Pas na de jaren ’30 verdween het spugen uit het straatbeeld van Groot-Brittanië. In Nederland is het spugen op straat redelijk geaccepteerd, zolang die maar niet te opzichtig en te vaak gedaan wordt. In China echter is het nog steeds doodnormaal dat de mensen op straat en in openbare gelegenheden om zich heen spugen.

maandag 13 juli 2009

Sponsor-diner voor Goudse Voedselbank


Een aantal Goudse organisaties hebben de krachten gebundeld om de Goudse Voedselbank te helpen bij een steeds urgenter probleem. Feit is namelijk dat de vraag naar hulp bij de Voedselbank blijft stijgen terwijl het aanbod afneemt en de kosten van de distributie stijgen.

Om dit probleem aan te pakken hebben de docenten en leerling-koks van de Goudse Waarden en het ID College zich bereid verklaard om alles uit de kast halen voor een sponsordiner op donderdagavond 24 september.

Wie doen er verder nog mee?
Gouwe Cuisine doet mee om de inzet te delen en bij te springen met noodzakelijke hulpmiddelen. En Lions Club Gouda-Bloemendaal heeft dit aangevuld met enkele goede sprekers, de promotie en overall organisatie.
Tijdens het diner zullen als sprekers optreden:
* Marion Suijker, wethouder in Gouda, over het nieuwe armoede beleid van de gemeente Gouda,
* Clara Sies, oprichtster van de Voedselbanken in Nederland, over de noodzaak van voedselbanken en
* Olivia Howell Davies, namens het World Food Program, over de rol van goede voeding. Kortom, de basis is gelegd voor een mooie actie voor een bijzonder goed doel. Met een sterke betrokkenheid van de jeugd.

Normaal gesproken maak ik op mijn weblog geen reclame voor sponsor acties, maar dit initiatief vind ik dermate goed dat ik een keer een uitzondering maak.

Maar ja, als u dit leest en weer wegklikt, heeft het niet veel effect. De bedoeling is dat u overweegt om u aan te melden voor dit sponsordiner!

Velen zullen zich in de problematiek van de Voedselbank herkennen, dat is fijn, maar als u bereid bent daadwerkelijk een financiële bijdrage te geven, terwijl u geniet van een goede maaltijd, dan bewijst u de Voedselbank echt een goede dienst!

Voor meer informatie en inschrijving kunt u terecht op de speciaal opgezette site https://webmail.gouda.nl/exchweb/bin/redir.asp?URL=http://www.sponsordiner.nl/



De voedselbank heeft tot doel om de minder bedeelden te ondersteunen met levensmiddelen en begeleiding in het oplossen van hun problemen.
Een eenvoudige en doeltreffende oplossing: etenswaren die nog goed zijn, maar om een of andere reden niet de verkoop in gaan, worden ingezameld en uitgedeeld. Er zijn genoeg mensen die het kunnen gebruiken. Minima die bijvoorbeeld maar 1 keer per week een warme maaltijd hebben.

zaterdag 11 juli 2009

André Rouvoet: Gouda geen Libanon aan de Hollandsche IJssel

Vandaag staat in De Telegraaf een openhartig interview met vice-premier André Rouvoet (ChristenUnie) over de prestaties van het kabinet. Daarbij komt ook Gouda aan de orde en André geeft daarbij helder aan dat het niet zo simpel is om je doelen te bereiken, het is een kwestie van lange adem! Wel vindt hij dat er een tandje bij moet. Prima zaak! Als dat betekent dat Gouda dan ook snel de gevraagde extra gelden krijgt, dan kunnen we in Gouda er ook een tandje bij doen en kunnen we op basis van concrete verbeteringen rond leefbaarheid en criminaliteit aantonen dat het huidige beleid wel degelijk iets oplevert.
Rond deze thema's wordt electoraal de hete adem van Geert Wilders gevoeld. Het is echter belangrijk dat we het dispuut met hem niet aangaan door hem af te schilderen als iemand die angst aanjaagt o.i.d., maar we zullen, ook in Gouda, concrete resultaten moeten blijven boeken en dan kunnen we hem daarmee wind uit de zeilen nemen.

Hierbij het interview:

André Rouvoet heeft nog maar net plaatsgenomen aan een tafeltje in Hotel Corona aan het Haagse Buitenhof of hij vuurt de eerste waarschuwing al af. Aan het adres van PvdA-fractievoorzitter Mariëtte Hamer. Die moet zich ondanks haar grote twijfels houden aan de afspraak over verhoging van de aow-leeftijd naar 67 jaar.

Het tekent het toegenomen zelfvertrouwen van Rouvoet en zijn ChristenUnie. Na een schuchter begin heeft de 'christelijk-sociale partij' zich snel aangepast aan de mores in en rond de Trêveszaal. De ChristenUnie bemiddelt, buigt en bijt van zich af.

De afspraak over verhoging van de aow-leeftijd staat als een huis?

"Dat is één van de thema's waar het misschien wel om gaat spannen, maar tegelijkertijd ligt er een helder besluit. Het kabinet is voorstander en de coalitiefracties staan erachter. Alleen als de SER (Sociaal-Economische Raad, red.) in het najaar met een alternatief komt dat bonden en werkgevers beide steunen, kan het nog van tafel."

Dus Hamer kan niet terugkomen op de aow-afspraak?

"Voor alle drie partijen in de coalitie geldt: afspraak is afspraak. Er ligt een helder besluit. Niemand vindt het fijn om dit te doen, maar er zijn goede argumenten voor, kijk naar de levensverwachting, kijk naar de trend om langer te blijven werken."

Hoe bevalt het regeringspluche tot nu toe?

"We wilden een stabiele coalitiegenoot zijn - in tegenstelling tot D66 in het vorige kabinet - herkenbare doelen realiseren en onszelf blijven. Dat is in combinatie met de eerste twee misschien nog het lastigst. Maar ik denk dat we daar goed in slagen. Het enthousiasme bij de achterban over de regeringsdeelname is gebleven. Dat zegt veel. We hadden drie speerpunten: jeugd en gezin, opkomen voor kwetsbaren en duurzaamheid. Die zitten alle drie prominent in het regeerakkoord."

U doet het in tegenstelling tot CDA en PvdA goed in de peilingen.

"Dat is ook een belangrijke indicator voor mij. D66 halveerde steeds als ze in de regering zaten. Wij hebben nu 6 zetels en staan in de peilingen op 7, 8. Het wordt gewaardeerd dat we moeilijke beslissingen durven te nemen, wij zijn geen weglopers."

Wat is uw rol in de coalitie? Bent u het cement of derde wiel aan de wagen?

"Allebei niet, denk ik. Cement zijn we om de beurt. Ik heb wel vaak gemerkt dat we een brug kunnen slaan tussen CDA en PvdA. We zijn in staat om pacificerend te werken, bijvoorbeeld bij de onderhandelingen afgelopen voorjaar over de maatregelen tegen de crisis. Wij hebben geen last van oude reflexen en beelden: dat het CDA houdt van soliditeit en de PvdA van geld uitgeven."

Het kabinet scheerde toen langs de afgrond, net als onlangs bij de JSF. Ruzie lijkt de rode draad.

"De rode draad is dat er drie partijen in het kabinet zitten die het niet over alles eens zijn en volgens mij is dat nooit anders geweest. Ik vind het volstrekt normaal dat we af en toe clashen. Maar we willen alle drie dat dit kabinet een succes wordt. Dat is van belang voor de samenleving."

Getuige de stand van CDA en PvdA in de peilingen slaat het in de samenleving nog niet aan.

"Ik ben ervan overtuigd dat ons verhaal uit 2007, met aandacht voor sociale samenhang, het aanpakken van overlast, misstanden en hufterigheid, investeren in wijken en in jeugd en gezin, nog steeds kan rekenen op grote steun van de bevolking. Maar we zijn misschien op een aantal punten niet stevig genoeg geweest. We hebben het te weinig waargemaakt tot dusverre, vind ik. Dat betekent dus echt een paar tanden erbij."

Hoe gaat u dat doen?

"Ik ben ervan overtuigd dat als wij beter werk maken van de uitvoering van wat we de mensen hebben beloofd de tweede helft voor ons is. Voor dit kabinet. Maar de bal ligt nadrukkelijk bij ons. Niet bij de kiezers, niet bij anderen, niet bij Geert Wilders. De bal ligt bij ons. Wij moeten het waarmaken."

Wat gaan we daar op straat van merken?

"Het is cruciaal dat de wijkenaanpak nu van de grond gekomen is. De veiligheid verbetert, het gevoel van onbehagen wordt weggenomen en de integratieproblemen worden opgelost. Zelf zal ik keihard trekken aan de jeugdproblematiek."

Waarom is dat de eerste twee jaar van de kabinetsperiode niet gelukt?

"Omdat het niet van de ene op de andere dag te realiseren is."

Maar twee jaar...

"Nee, maar. Wat wilt u nou? Wat denkt u nou? De problemen waren groot."

Ze zijn ondergesneeuwd door al die ruzies in de coalitie.

"Nee, dan gaat u volstrekt voorbij aan alles wat op de rails is gezet. Het is alleen nog niet altijd zichtbaar. Ik heb een hele opsomming gegeven. Maar het is ook een kwestie van lange adem. We zijn geen afhaalchinees: er wordt een signaal afgegeven en wij leveren meteen. Dan kom je jezelf na een tijdje tegen."

Daar hebben belaagde wijkbewoners in Gouda geen boodschap aan.

"Nee, dat snap ik. Mensen willen vandaag verbeteringen zien. Maar vraagstukken over integratie en wijkaanpak zijn niet per decreet te regelen."

Slaat uw boodschap niet aan omdat mensen meer in de oplossingen van Geert Wilders zien?

"Op welke terreinen komt hij met oplossingen?"

Hij wist wel raad met de raddraaiers in Gouda.

"Het leger inzetten. Willen we dat? Een soort Libanon aan de Hollandsche IJssel."

Wilders staat op 30 zetels in de peilingen. Die komen ergens vandaan.

"Het kabinet heeft uitgesproken opvattingen over wat Nederland nodig heeft en wat niet. Nederland heeft geen behoefte aan gesuggereerde oplossingen die ons niet verder helpen. Daar zijn er genoeg van. We moeten laten merken dat onze oplossingen wél werken. Beter dan tot nu toe. Want ik loop niet weg voor de kritiek op dit kabinet. We laten te weinig inhoudelijk zien. Kennelijk zijn we in de beleving van mensen te veel bezig met dingen die hen niet rechtstreeks raken en die hen niet verder helpen."

U bent minister voor Jeugd en Gezin, wat gaat u doen?

"Ik heb een aanpak geïntroduceerd om kindermishandeling tegen te gaan en kom met nieuwe kinderbeschermingsmaatregelen. De centra voor jeugd en gezin komen goed van de grond en probleemgezinnen kunnen we dwingen opvoedingsondersteuning te accepteren. Bovendien zijn eind dit jaar de wachtlijsten in de jeugdzorg weggewerkt. Ook wil ik ervoor zorgen dat werk en privé beter kunnen worden gecombineerd en gezinnen financieel ondersteunen. Dat lijkt me allemaal niet zonder betekenis."

Dan de financiële crisis, wat gaan burgers daar in hun portemonnee van merken?

"Als ik kijk naar de koopkracht dit jaar en de voorzichtige bespiegelingen voor volgend jaar dan mogen we niet mopperen in Nederland. Er zijn weinig mensen die écht in de problemen zitten, behalve natuurlijk als ze hun baan kwijtraken."

Is het uitgangspunt koopkrachtbehoud voor iedereen in 2010?

"Ik heb hierover even helemaal geen uitgangspunt."

Dat is toch een mooie boodschap?

"Jazeker. Als er geen crisis was, zou ik het graag beloven. Maar die is er nu wel. In de eerste plaats gaan heel veel mensen in het najaar hun baan verliezen. We zetten alles op alles om de schade te beperken. Zelf maak ik me extra sterk voor het bestrijden van de jeugdwerkloosheid. Het zou onverantwoord zijn om iedereen nu maar even koopkrachtbehoud te garanderen. Dan heb je geen oog voor de crisis en geen boodschap aan de mensen die hun baan verliezen. Dan zeg je: jullie hebben pech gehad en de rest merkt het niet."

U zou de economie ook een handje kunnen helpen door uw verzet tegen de koopzondagen te staken.

"Ik strijd niet tegen de koopzondagen, maar wil dat de huidige regels worden gehandhaafd. Dus winkels alleen open in een beperkt aantal toeristische gemeenten. Die toerismebepaling moet wél worden nageleefd. Het oneigenlijk gebruik moet stoppen. Als Roosendaal zegt helemaal toeristisch gebied te zijn, is dat oneigenlijk gebruik."

Vanuit uw levensovertuiging is dat een gezocht argument. U wilt dat winkels niet open zijn op zondag.

"Nee, dat klopt niet. Ik wil de kleine winkeliers beschermen, het mkb, tegen ongeoorloofde concurrentie op koopzondagen van grote winkels die wél open zijn. Als we doorgaan met het eindeloos oprekken van het aantal koopzondagen legt een groot aantal kleine winkels het loodje."
De CDA-fractie wil een oogje toeknijpen. Mensen gaan meer besteden en dat is goed voor de economie.

"Dat heb ik altijd een flauwekulargument gevonden. Mensen krijgen niet meer geld omdat de winkels op zondag opengaan. Je hebt niet ineens meer te besteden."

Hoe zijn de onderlinge verhoudingen in de top van het kabinet eigenlijk?

"We hebben altijd de bereidheid om er met elkaar uit te komen, maar kennen elkaars no-gozones. Ik heb de afgelopen jaren veel respect gekregen voor de manier waarop Wouter (Bos, red.) als minister van Financiën onverbiddelijk is naar PvdA-partijgenoten, CDA'ers en CU-mensen. Ik heb grote bewondering voor zijn gave om oplossingen te vinden.Soms weet hij dat die slecht zullen vallen bij zijn achterban, maar komt hij er toch mee. Dat is leiderschap."

Hoe zit dat bij Balkenende?

"Die heeft een andere stijl. Ik heb niet zo'n behoefte om al die stijlen te analyseren. Hij laat veel over aan de vakministers om er met elkaar uit te komen en in laatste instantie kan hij dan uiteindelijk de knoop doorhakken. Wouter heeft als minister van Financiën vaak al in een vroeg stadium inhoudelijke bemoeienis met alle dossiers."

Bos toont leiderschap. Dat horen wij u niet zeggen over Balkenende.

"Jan Peter is natuurlijk al sinds 2002 leider van verschillende kabinetten. Bij de onderhandelingen over het crisisakkoord was hij onafhankelijk voorzitter. Ik denk dat het niet meeviel om die rol te pakken, maar hij heeft hem gepakt."

U praat de hele tijd alsof u denkt dat deze coalitie 2011 gaat halen.

"Absoluut. Ik vind dat bijna een morele plicht. Als de drie partijen alleen maar energie zouden steken in het berijden van eigen stokpaardjes of in het elkaar de tent uitvechten dan laten we geen verantwoordelijkheidsgevoel zien. We zijn het aan de samenleving verplicht stabiliteit te brengen in deze onrustige tijd."

http://www.telegraaf.nl/binnenland/4376913/__Kabinet_ondermaats__.html?p=2,1