Vandaag is de tentoonstelling "Beeldenstorm 1566 - 2008" in Museum GoudA geopend. Deze tentoonstellin kreeg vooraf vooral aandacht vanwege het feit dat de directeur van dit museum, Ranti Tjan, besloten had op deze tentoonstelling de omstreden foto's van Sooreh Hera te laten zien. Eerder veroorzaakte deze foto's veel ophef in de Marokkaanse gemeenschap in Nederland en nogal wat mensen in Gouda waren en zijn niet blij met de komst van de foto's. Bij de opening was veel belangstelling. Jos Houweling, directeur van het Sandberg Instituut in Amsterdam, hield een referaat en toonde 10 filmpjes van 1 minuut, waarvan er 5 in China niet getoond mochten worden. Twee daarvan waren erotisch getint en ik voelde me daar wel wat ongemakkelijk bij, zeker omdat er ook kinderen in de zaal waren. Je vraagt je dan meteen af of dit nu zo nodig was, maar goed, deze discussie is al zo vaak gevoerd rond cultuur uitingen.
Na de opening heb ik ook een rondje gemaakt langs de tentoonstelling, die heel subtiel tussen de bestaande collectie is ingericht. Je komt op verschillende momenten de foto's van Sooreh Hera tegen die artistiek zeker opvallend zijn, maar absoluut ook dikwijls naar mijn mening aanstootgevend. Ik ving echter weinig reacties op en het lijkt wel of het immer verdraagzame Gouda ook deze kunst een plekje geeft. Ik zou me als moslim door enkele foto's beslist gekwetst voelen, zoals ik me ook gekwetst voel als God op een oneigenlijke manier een plek krijgt bij kunst- of cultuuruitingen. Daarbij realiseer ik me dat veel christenen op dit terrein nogal liberaal denken en dat zal bij de moslims in Nederland ook wel zo zijn.
Ik vind wel dat we over dit soort in gesprek met elkaar moeten blijven en het zou winst zijn als kunstenaars God en Mohammed niet als een "kunstobject" zien, maar daar met "heilig" respect mee omgaan. Wat mij betreft is daarbij een beeldenstorm niet nodig, maar een frisse wind die een andere, respectvolle blik op het gebruik van beelden tweeg brengt, zou goed zijn.
